BlogEen vakantiedag is geld waard!

3 november 2021

Vrachtwagenchauffeurs verdienen vooral een goed salaris door de vele overuren die zij maken. Als er één beroep is waar overuren er bij horen, dan is het wel dit beroep. Hoe zit het met deze overuren als de chauffeur vakantie heeft? Krijgt hij (tegenwoordig ook steeds vaker een zij) dan zijn loon betaald aan de hand van de gewone werkweek van 40 uur? Of krijgt hij ook nog een compensatie voor overuren die hij gebruikelijk maakt?

In dat verband geldt op grond van de CAO voor het beroepsgoederenvervoer, dat in geval van ziekte, de chauffeur bovenop het vaste salaris, ook een compensatie krijgt voor “misgelopen” overuren. Geldt zoiets nu ook tijdens vakantie? Sinds 1 januari 2019 geldt volgens diezelfde CAO dat chauffeurs inderdaad, als zij vakantie hebben, het loon doorbetaald krijgen inclusief een opslag voor een gemiddeld aantal overuren.

Maar wat geldt voor vakantiedagen van vóór 1 januari 2019? Op die vraag geeft de CAO geen sluitend antwoord. Om die reden dat daarover inmiddels regelmatig procedures worden gevoerd. En die worden misschien juist wel uitgelokt omdat de CAO wél duidelijk is over wat er geldt voor vakantiedagen van ná 2019. Niet zo raar is dan, dat op z’n minst het idee post vat, dat voor vakantiedagen van vóór die datum iets soortgelijks geldt.
Het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat een werknemer gedurende zijn vakantie recht houdt op loon. Het gaat er om wat dat loon dan is.

Specifiek voor het beroepsgoederenvervoer en de toepasselijke CAO heeft recent de kantonrechter in de rechtbank Zeeland-West-Brabant zich over die vraag uitgelaten. Hij verwijst daarbij naar (Duitstalige) rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. De kantonrechter overweegt dat uit die rechtspraak volgt, dat alleen dán de overuren meetellen bij de berekening van het loon zoals dat tijdens vakanties dient te worden betaald, als de werknemer verplicht was die overuren te maken. Het is aan de chauffeur om te bewijzen dat die verplichting bestond. Omdat de kantonrechter van oordeel is dat de chauffeur in dat bewijs niet geslaagd is, tellen volgens de kantonrechter de overuren dus niet mee en wordt de vordering van de chauffeur afgewezen.

De vraag is nu wat deze uitspraak betekent voor de CAO? is de CAO op dit punt wellicht te soepel? Met andere woorden, gaat de CAO niet te gemakkelijk voorbij aan de eis dat het overwerk verplicht is verricht? En is vervolgens de vraag, als de CAO dan te soepel is, komt de werknemer dan wel een beroep toe op die CAO bepaling? Die vraag is vooralsnog onbeantwoord maar wellicht dat daar ooit ook wel een procedure over wordt gevoerd.

https://www.verba-advocatenkantoor.nl/wp-content/uploads/2021/01/VERBA_logo_kader-160x160.png
Baronielaan 23, 4818 PA Breda
Postbus 5640, 4801 EA Breda